‘Wij zijn een verwoording van de voorhoede in de samenleving, van de onderstroom uit de jaren zestig die is doorgegaan. Het gaat bij de PPR om mensen die duidelijk een soort verantwoordelijkheid voelen voor andere mensen – ja, daar lachen anderen om. Wij trekken de consequenties uit wat de anti-kernenergielobby, de kerken, de wereldwinkels, het alternatieve boerenbedrijf ontwikkelen. De inhoud ligt op een breed terrein, maar een grondtrek is dat het betrokken is op de toekomst van mensen.'[1]

Aldus Ria Beckers-De Bruijn (1938-2006), fractievoorzitter van de Politieke Partij Radicalen, in een interview met NRC Handelsblad in 1979. Het citaat tekent het idealisme van de PPR in het algemeen en van haar fractievoorzitter in het bijzonder. Onvermoeibaar streed Beckers voor ontwapening, armoedebestrijding, vrouwenemancipatie, milieubescherming en het loslaten van het streven naar economische groei. Met haar gedreven manier van debatteren werd in de Kamer nogal eens de spot gedreven. Toch oogstte zij ook respect. Bij haar afscheid van de politiek in 1993 omschreef NRC Handelsblad haar als ‘een politica met sterke morele noties, met een ernstige gedrevenheid en een afkeer van machtspolitiek’.[2]

Zelfrespect en consequenties

In het voorjaar van 1977 werd de oud-lerares klassieke talen Beckers – na drie jaar partijvoorzitterschap – gekozen tot lijsttrekker. Zij was daarmee de eerste vrouwelijke lijsttrekker in de Nederlandse politiek. De PPR wilde het ‘linkse geweten’ van de PvdA zijn, maar in de praktijk zou daar onder Beckers niets van terecht komen. Na de val het kabinet-Den Uyl (waar de PPR met twee ministers aan meedeed) in maart 1977 nam de partij een resolutie aan die voortgezette regeringssamenwerking met de christendemocraten van de hand wees. Daarmee veroordeelde de partij zichzelf tot de oppositie. Terugblikkend noemde Beckers de motie onvermijdelijk: ‘Wij hadden altijd gesproken over duidelijkheid waarmee wij politiek wilden bedrijven, en die was bij het CDA niet meer aanwezig. Het was een kwestie van zelfrespect om daar consequenties aan te verbinden.’[3]

De kiezer had er echter minder waardering voor. Bij de verkiezingen van 1977 leed de PPR een zware nederlaag en zakte van zeven naar drie zetels. Dat verlies zou Beckers niet meer goedmaken. In 1981 behaalde haar partij drie zetels, in 1982 en 1986 slechts twee.

Ria Beckers aan het woord tijdens de PPR-partijraad in de RAI in Amsterdam, 5 maart 1977. Beeld: Koen Suyk, Nationaal Archief / Anefo.

Ria Beckers aan het woord tijdens de PPR-partijraad in de RAI in Amsterdam, 5 maart 1977. Beeld: Koen Suyk, Nationaal Archief / Anefo.

Principiële verschillen

Omdat ook later bij de PvdA het pragmatische perspectief van regeringsdeelname voorop bleef staan, groeiden de twee partijen uit elkaar. En al bleef Beckers ijveren voor brede progressieve samenwerking, de PPR dreef steeds meer in de richting van de kleinere linkse partijen. Al in 1977 had zij gewezen op de problematische relatie tussen PPR en PvdA. ‘Waar moet je als kleine partij, tegenover een zes keer grotere, de grens trekken voor behoud van de eigen identiteit?’ Er waren te grote principiële verschillen tussen PvdA en PPR waar het ging om zaken als economische groei, kernenergie en defensie.[4]

Na het samengaan van de PPR met PSP, CPN en EVP was Beckers bij de verkiezingen van 1989 lijsttrekker van GroenLinks. Vier jaar later, bij haar afscheid van de politiek, was zij de langstzittende fractieleider in de Tweede Kamer.

[1] ‘Ria Beckers: “Het ventje is door het dal heen”’, NRC Handelsblad, 24 augustus 1979.

[2] ‘Oh, dacht ik, gaat het zo in de politiek’, NRC Handelsblad, 29 maart 1993.

[3] ‘Ria Beckers: “Het ventje is door het dal heen”’, NRC Handelsblad, 24 augustus 1979.

[4] ‘Fractieleider Ria Beckers: “Bescheiden opstelling PPR noodzakelijk”’, de Volkskrant, 25 juni 1977.

Alexander van Kessel, ‘Driestromenland met verraderlijke onderstromen; veranderende partijpolitieke breuklijnen in de Tweede Kamer’, in: Carla van Baalen en Anne Bos (red.), Grote idealen, smalle marges Een parlementaire geschiedenis van de lange jaren zeventig (1971-1982) (Ter perse)

Henk Waltmans, Niet bij rood alleen. Vijftien jaar Nederlandse politiek en de geschiedenis van de PPR (Groningen 1983)

Anneke Ribberink, ‘Ria Beckers. Een vrouw uit één stuk’, in: Christoph van den Belt, Hans Krabbendam, Wim van Meurs en Marieke Oprel (red.), De Politieke Partij Radikalen, 1968-1990. Macht op de schop (ter perse).